vrijdag 28 februari 2025

Schloss Neuschwanstein

14776. Dat is de score van de stappenteller op mijn horloge. En veel van die stappen waren of omhoog, of naar beneden. Dus ik gok zomaar dat ik morgen mijn benen wat ga voelen. 

We gingen naar Schloss Neuschwanstein, bij het stadje Füssen. Het zou redelijk weer worden. Nou ja, al zou de voorspelling niet zo zijn, dan gingen we alsnog. Want we leren steeds meer: het weer in de bergen is altijd weer anders dan je denkt. En als je denkt dat je zon hebt, kan het 5 kilometer verderop weer totaal anders wezen! Dus vertrokken we iets na 10 uur met veel wolken, heel af en toe zon, en een graad of 2. 
We reden weer via het hoger gelegen Oberdorf, en genoten van de bergen die er weer anders uitzagen dan gisteren. Het had vannacht heel licht gesneeuwd, en het leek alsof er een enorme bus poedersuiker een laag over de bomen had gestrooid vannacht. De lucht was inmiddels helemaal dichtgetrokken, en we kregen er nog een sneeuwbui overheen. En zo reden we even later gewoon in een winterwonderland!


Het duurde niet lang, een paar kilometer, en toen was de boel weer groen. Eigenlijk super mooi, die afwisseling. 

Het was een klein uurtje rijden naar het Schloss. En zoals het een grote bezienswaardigheid betaamt, kwamen we terecht in een bonte mengeling van allerlei culturen, talen en smaken terecht. Want Schloss Neuschwanstein is heel erg toeristisch. Nu scheelt het dat we net tussen twee seizoenen in zitten. De winter loopt op z'n einde, het voorjaar is nog niet begonnen. En dat zorgt ervoor dat het overal redelijk rustig is. Maar ook met die rust spuwden er nog een aantal touringcarbussen een bult Aziaten, Spanjaarden en ander volk naar buiten bij het slot. Opletten dus dat we niet in een van deze groepen terecht kwamen! Niks mis met dat volk, maar begrijpen doe je ze niet. 

We besloten eerst naar Neuschwanstein zelf te lopen. Een pittig stukje naar boven, en we hadden kunnen kiezen voor een idyllische paardenkoets. Maar onze benen doen het nog goed genoeg, en de koets bleek niet eens zo heel idyllisch te zijn. Ja, wel voor de paarden. De koets had namelink een hybride motortje, zodat die trekknollen niet zo hard hoefden te werken. Maar het is toch een beetje gek: zo'n oud vervoersmiddel, en als je er dan voorbij loopt, hoor je een elektrisch motortje zoemen. Alsof er een elektrische auto achter die beesten hangt.

Het was prachtig: de omgeving, de vergezichten, en natuurlijk het kasteel zelf. 


We bekeken 'm niet van binnen. Van tevoren hadden we namelijk gezien dat je het slot alleen maar middels een rondleiding kon bezichtigen, die maar 25 minuten duurde. Met een tijdslot, was je 1 minuut te laat: pech gehad. En daar moest je dan ook nog relatief veel geld voor betalen. 
Maar ook van buiten was het indrukwekkend, zeker het uitzicht vanaf de Mariënbrucke. 


Via een andere, veel rustiger route, liepen we weer terug naar het beginpunt. 

Tijd voor een broodje! Op een bankje bij de Alpsee genoten we van de relatieve rust en een aantal eenden die nog net niet het brood uit onze handen pikten. Was Xander eerst even bang, algauw kreeg hij er lol in, zeker toen een paar mannetjeseenden ruzie kregen met elkaar. 
Ik kreeg nog even een 'oei-daar-gaat-wat-mis'-momentje. Vorig jaar, in München, zag ik een oude vrouw van een trap tuimelen. Dit keer zakte er een stuk achter ons een oudere man door zijn hoeven. Hij was aan de wandel, vrouwlief en nog iemand anders liepen al een stuk verder, hij had nog wel zijn Nordic Walking stokken bij zich, maar hij zakte ineens in elkaar, en kwam niet meer overeind. 
Zijn vermoedelijk familielid liep gauw terug om hem overeind te helpen, maar dan is zo iemand ineens ongelooflijk zwaar. Dus ik liep er ook gauw op af om even te ondersteunen en te checken hoe het ging.
'Ja, het gaat wel hoor. Alleen mijn benen willen niet'. Nee, dat was te zien. En ondanks dat hij en zijn familie zich verzekerden dat het wel goed ging, liep ik weifelend weer weg. Ik zag de man, zwaar leunend op zijn vrouw, met zulke wankele stappen lopen....maar goed, ze haalden het bankje, rustten even, en daarna liep de man verder. Zwaar ondersteund, en nog net zo wankelend. Ik moest het maar loslaten, hij had mensen om zich heen. En ik heb hem later gelukkig niet opnieuw ter aarde nedergestort aangetroffen. Maar fijn was het niet om te zien. 

Zo, gauw de laatste happen naar binnen, er was nog een kasteel te bekijken: Hohenschwangau. Dat ligt tegenover Neuschwanstein, ziet er totaal anders uit, maar is net zo indrukwekkend, mooi en prachtige uitzichten om te bewonderen. En een stuk minder ver lopen, ook wel fijn. 


We sloten deze dag af met nog een klein bezoekje aan de stad Füssen, wat daar maar een paar minuten rijden vandaan is. Een oude stad met mooie gebouwen en leuke winkeltjes. We liepen de kerk nog even binnen waar net de organist aan het spelen was, en waren onder de indruk van alle tierenlantijntjes en schilderingen in de kerk. Ongelooflijk Katholiek, we hebben er enerzijds helemaal niks mee, en toch was het mooi om te zien. 


Zo, en toen voelden we onze voeten! 
We hadden tenslotte flink wat gelopen. Maar ondanks dat liep Xander zo makkelijk mee vandaag. Hij heeft praktisch niet gezeurd, en sommige stukken trok hij zelfs nog wel even een sprintje. 
Ook Ronald hield het goed vol met zijn voet, na de val van de motor enkele weken geleden met de daarbij behorende gekneusde voet. We zeiden vandaag nog tegen elkaar: 'Precies op het juiste moment onderuit gegaan, goed getimed!' Net weer genoeg hersteld om een aantal wandelingen te maken op vakantie.

Maar na zoveel lopen is het dan ook weer lekker om moe en voldaan in de auto te stappen en naar 'huis' te gaan.

donderdag 27 februari 2025

Waterval Zipfelsbach, genieten én gemopper

De eerste nacht ergens anders is het altijd even wennen. Het scheelde dat we hondsmoe waren gisteravond, zeker Xander, dus zodra hij zijn kussen raakte, was hij vertrokken. Wel met een klein lampje nog aan, want hij vond de nieuwe kamer nog net even te spannend als het helemaal donker was. Prompt was hij om 3.00 uur klaarwakker, en vroeg hij of het inmiddels ochtend was. Uh, nee jongen, je zult nog even een paar uur door moeten. En het lampje gaat dus ook uit.
Ronald was ook vroeg gaan slapen. Hij had alleen de pech dat hij de verkorte variant van Xanders griepvirus over zich heen kreeg deze nacht. Zweten, koud, knallende hoofdpijn...gelukkig ging het na 0.00 uur beter.

Goed, we hadden redelijk geslapen, en na onze reisdag wilden we het toch al kalm aan doen. Dus startten we alledrie op onze eigen manier vanmorgen rustig op. De ene speelde om 6.45 uur in de woonkamer, de ander stond om 9.00 uur op haar sokken op het balkon foto's te maken. 


De derde bleef gewoon net zolang liggen totdat de eitjes gekookt waren en het etenstijd was.

'En, heb je nog een lichter uitstapje in je reismapje voor vandaag?', was de vraag. Ja, dat had ik wel. Hier in de buurt, zo'n 10 minuutjes rijden, was een waterval. Bij Hinterstein. Parkeren kon bij de kerk, en daarna kon je middels verschillende routes er naartoe. We besloten niet de meest directe route te nemen, ook niet de meest uitgebreid, gewoon die er tussenin. Te doen. Dat je makkelijk terug zou kunnen, maar niet na 15 minuten al klaar was.

Ze hadden qua weer een waterige dag voorspeld, maar de dag begon eigenlijk best goed! 's Ochtends vroeg had ik de zon verderop op de bergen nog zijn licht zien werpen. Die verdween echter wel snel. We kleedden ons goed aan, en Xander liep trots als een pauw met zijn skibroek aan. Hij heeft qua broek maat 128-134. Ik had 134 gekocht voor hem, maar hij liep er nog bij alsof het hoog water was. Nou ja, volgend jaar maar 2 maten groter dan. Hem deerde het niet, en met zijn hogere snowboots ging het prima. 

Er was 1 auto te bekennen bij de kerk in Hinterstein. Verder was het parkeerterrein leeg, heel leeg. Maar ja, leeg of niet, we moesten toch betaald parkeren. Dus deden we dat braaf. En nadat we alles op de juiste ruggen hadden gebonden (rugtus, cameratas), gingen we op pad.

Ik had trouwens nog 2 Nordic Walking stokken achterin de auto liggen. In de verpakking. Gekocht toen ik onlangs toevallig bij de Obelink was, en ze voor niet al te veel geld zag liggen. Die wilde ik wel eens proberen. Maar ja, thuis totaal niet voorbereid hè, dus ik moest ze ter plekke daar op dat parkeerterrein nog uit het plastic halen. De heren liepen al weg. Dus terwijl we begonnen te lopen probeerde ik zo goed en zo kwaad die dingen eruit te halen, te verstellen, en enigszins te begrijpen hoe ze werkten. Of hoe je daar überhaupt mee moet lopen. Ik heb er eigenlijk totaal geen verstand van, en deed maar wat. Maar dat maakte niet uit: het maakte toch al een heel verschil. Ik liep zoveel makkelijker omhoog en naar beneden, en was minder bang om uit te glijden of te vallen. En als je minder bang bent, loop je sowieso beter. Dus die dingen hebben hun dienst al mooi bewezen. 

Het was een mooie wandeling. Groene omgeving, en heel de tijd tikkelde er lichte witte hagel/sneeuw op onze jassen en om ons heen. Zo lekker! En na een klein poosje merkte ik dat ik helemaal leeg in mijn hoofd begon te worden, en kon ik zo genieten van het bewegen, de natuur, de uitzichten, de bergen, en natuurlijk de waterval! Het was super! En Xander liep keigoed mee, je kon aan niks meer merken dat hij 2 dagen geleden nog voor pampus op de bank lag. 

Zo'n 2 uur later waren we weer bij de auto. De lucht was inmiddels verder dicht getrokken, en het begon mistiger te worden. De bergen werden steeds minder zichtbaar. We besloten nog even een stukje te gaan toeren. Weer die kronkelige weg richting Oberjoch. En eenmaal daar bleek er veel meer sneeuw te liggen, en reden we nog maar een stuk verder, Oostenrijk in. 

Schreef ik een aantal zinnen geleden dat je aan Xander niets kon merken dat hij zo ziek was geweest? Te vroeg geroepen. Het was tijdens het toeren gedaan met zijn goede zin. Een gemópper vanaf de achterbank, niet te geloven. Alles was saai, alles was stom, de sneeuw was niet leuk, de bergen wilde hij niet zijn, kortom: daar viel werkelijk waar niks tegen aan te redeneren. Zeggen dat er veel kinderen waren die ook maar wat graag op vakantie zouden willen naar de bergen, was parels voor de zwijnen gooien. Er kwam me ineens toch een stuk chagrijn uit!
We lieten ons er niet door weerhouden nog wat verder te rijden. Want het werd steeds witter om ons heen, en het begon langzaam steeds meer te sneeuwen. Mooi!


Uiteindelijk belandden we in het dorpje Tannheim, waar we ons compleet vastreden door een plaatselijke optocht. We hadden al een paar brandweerwagens en -mannen zien staan, en ons afgevraagd wat er gebeurd was. Nou, niet zoveel bijzonders. Maar hier zet kennelijk de brandweer een paar straten af als er een optocht is. Het was nog een heel gedoe hoe we het dorp weer uit moesten komen, maar het lukte. Onder groot gemopper vanaf de achterbank. 

En toen besloten we lekker naar het huisje te gaan. We hadden alledrie nog in meer of mindere mate last van een reisdagkater, en we wilden niet zoveel meer. Vooral Xander niet. Die bleef de rest van de middag mopperen, boos op zijn billen door het huisje schuiven, ons niet aankijken, niet willen praten, even een spelletje doen en dan weer mopperen op papa, en als hij moest lachen werd hij boos op zichzelf, want Ik. Wil. Niet. Lachen!. Ik BEN niet blij! 

Goed, we hebben hem lekker op tijd in bed gestopt, en gaan zelf ook niet al te laat. Want we kunnen nog wel wat slaap en rust gebruiken, zeker voor de dag van morgen.
Wat we gaan doen? Raad maar. Ik geef 2 hints. 
We gaan terug in de tijd. En het is 54 kilometer rijden vanaf ons huisje.

Oja, en als laatste nog dit. Sorry dat ik er weer over begin. 
Maar we moesten vandaag toch weer even denken aan exact 3 jaar geleden. Toen werd Xander opgenomen en bleek hij ernstig ziek te zijn. Precies 3 jaar geleden, op 27 februari 2022, hadden we één van de slechtste dagen uit ons leven. We waren moe, verdrietig, bang, en hadden geen idee hoe Xander er doorheen zou moeten of kunnen komen.
En nu? Wat een wonder. Wat een energie. Wat een groei! 



woensdag 26 februari 2025

De start van de vakantie!

Telefoon: check. Dagboek: check. Tablet: check. Ereader: check. 
Het is 19.30 uur, en ik lig al op bed. Zo vroeg? Ja, zo vroeg. Dat is in jaren niet meer gebeurd volgens mij. Nu lig ik ook niet in mijn eigen bed. We liggen in bed in Bad Hindelang. O, nou ja, eigenlijk in Bad Oberdorf om precies te zijn. Vlakbij Oberstdorf.


Vandaag zijn we 800 kilometer afgezakt naar het zuiden. Om 4.00 uur in de ochtend vertrokken, en om 12.45 uur waren we er. Inclusief pauzes. Het ging dus soepel, en ondanks dat ik bij aanvang van de reis nog even diep zuchtte toen ik Google Maps zag aangeven dat het nog 7 uur en 54 minuten duurde voor we er waren, viel de reis me alles mee. Ronald en ik wisselde elkaar om de 2 uur af met rijden, en er hoefde zelfs geen energy drank in om de ogen open te houden. 

Ook Xander hield zich goed. Verrassend goed. Hij had het de afgelopen dagen nog even spannend gemaakt. Afgelopen zondag had hij namelijk ineens weer koorts. 'Oh, mijn hoofd doet zeer!' 'Oeh, ga dan maar eens gauw de thermometer pakken, dan weet ik al waar je last van hebt...' Koorts dus. De dag erna, maandag, was die weer weg. Maar gisterochtend werd hij wakker, kroop hij naast me in bed, en oh, wat een hete kachel was hij ineens geworden. Oef, 39,5. Dat kwam niet heel erg goed uit. 
Ronald zat voor zijn werk in Epe, en ik appte hem de verontrustende cijfertjes. Ik kreeg 3 letters terug. 'Oww'. We belden even. We uitten onze zorgen, relativeerden, bekeken het van een afstandje, en besloten het gewoon te laten voor wat het was. Vervelend, hopelijk gaat het snel beter, maar we gaan nu niet iets met de vakantieplannen doen. 

De hele dag lag Xander op de bank. Met geen enkele energie, behalve om af en toe zijn moeder (te proberen) te commanderen. Met wisselend succes. Maar ook hij keek zo uit naar de vakantie. Dus haalde ik nog 2 doosjes extra paracetamol, een extra neusspray, de thijmsiroop moest mee, en we zouden het simpelweg proberen. 'Als het echt niet wil, janken we alsnog naar huis.' Aldus de redenatie van Sloetjes senior. 

Het ging prima! Met het uit bed halen voelde Xander minder warm, en ondanks dat hij geen seconde sliep, hield hij zich erg goed in de auto. Nog niet veel eetlust, maar een dikke bockwurst ging er om 10.30 bij Dreieck Hockenheim er wel in. 
Om 10.30 uur broodje bockwurst? Ja, waarom niet? We hadden honger. En we hadden er al meer dan een halve dag opzitten. En we wilden eigenlijk wel iets hartigs. Dus zaten we in een verder behoorlijk stille ruimte te knabbelen aan de knackige worst. 


Na bijna 800 kilometer kwamen we dan in de buurt van de Alpen. We hadden alleen het weer niet mee. Of, nou ja, het weer trok integendeel steeds mét ons mee. Een regengebied waar we net aan de voorkant van reden en die ons achterna kwam. Dan was het weer droog geworden, namen we pauze, en prompt als we weer naar de auto gingen om verder te rijden was het weer gaan regenen. Bleeh, saai grijs. En elke 2 uur maakten we bij de pomp ook de zijruiten en de spiegels schoon. Want opspattend water van een slecht wegdek, daar kun je bijna niet tegen ruitensproeier-vloeistof-wissen. Lukt trouwens aan de zijkant sowieso niet, want daar zitten, bij ons althans, geen ruitenwissers. Klein detail. 
Goed, slecht weer dus, en dus ook slecht zicht. Maar zelfs met het slechte zicht werden de plaatjes buiten toch wel heel erg mooi naar gelang we dichter bij Bad Hindelang kwamen. En als je in de laatste 10 kilomters ook nog eens 52 haarspeldbochten hebt (nou ja, ik heb ze niet geteld, maar het waren er een hele berg), dan krijg je toch best een vakantie-berg-gevoel. 


We konden pas 15.00 uur in ons vakantiehuisje terecht. Tot die tijd vermaakten we ons met een bezoekje aan de Toerist Info in Bad Hindelang en maakten we een wandelingetje. 
We hadden in Nederland na een periode van koude dagen toch een wat meer voorjaarsgevoel gekregen met die omhooggeschoten temperaturen. Nou, we zitten weer terug in de winter hoor. Sneeuw bovenop de bergen, 2 graden boven nul, en steeds witte plukjes die naar beneden komen. Ha, heerlijk, hier kwamen we natuurlijk ook voor. Maar het was wel gelijk even grabbelen in de tas met sjaals en handschoenen en mutsen. Brrr!

Tijdens ons wandelingetje kwamen we ineens terecht bij een paar fantastische leuke winkeltjes. Eentje met allemaal handgemaakte wollen kleding (oh, er hing een vest....zoooo mooi! Maar ook zoooooo duur.). En een winkel met de naam 'Bauernmarkt'. Spekkie naar mijn bekkie! Allemaal prachtig handwerk van metaal en hout, en allerlei streekproducten. Je wist niet waar je kijken moest, zoveel! Hier kom ik echt nog wel een keertje terug, maar nu hadden we niet al te veel tijd. We wilden namelijk nog boodschappen doen, zodat we bij aankomst bij het huisje gelijk alles in huis zouden hebben voor de komende dagen, en er niet meer op uit hoefden. 

We hebben de eerste verdieping van een schattig huisje, met een opnieuw niet verrassend oubollig Duits interieur. Maar ruime slaapkamers, een vernieuwde douche, en het ziet er keurig en schoon uit. En net als de vorige vakanties in Duitsland: onmiddellijk die vitrages aan de kant, want we willen nach draussen gucken! 

Uitzicht vanuit het huisje

We hebben hier in huis 1 probleem. Het bestaat uit allemaal hokjes die met een deur op de gang uitkomen. En de indeling is zó niet logisch voor ons gevoel, dat we elke keer onze oriëntatie kwijt zijn. Komen we uit de keuken en willen we naar de slaapkamer, staan we ineens in de woonkamer. Moeten we naar de wc, staan we in de slaapkamer. Of we zien elkaar in de deuropening staan en een poosje nadenken: 'oef, welke kant moet ik nu op?' Ik dacht dat ik alleen dat probleem had, en dat het wellicht door vermoeidheid kwam. Maar na een halfuur kwam ook Ronald: 'tjonge jonge, ik ben hier in huis steeds mijn oriëntatie kwijt!' Benieuwd of dat na een week over is. 

En nu liggen we hier in bed. De mannen ronken, en ik typ. En nadat ik mijn eerste belevenissen op het web gedeponeerd heb, ga ik het goede voorbeeld van de mannen volgen!

Morgen wordt het hier waarschijnlijk ook nog een nattige dag. Maar omdat we vandaag behoorlijk wat van onszelf gevraagd hebben en de knollen gruwelijk op hebben, hebben we de intentie om het morgen een dagje rustig aan te doen. 

Oja, we hadden toch efficiënt de boodschappen gedaan voor we naar het vakantiehuisje gingen, zodat we erna er niet meer op uit hoefden?
Ik wist echt heel, heel, heel zeker dat het huisje een oven had. Echt waar hoor, ik had het nog extra gecheckt. En ik had dus 2 grote zakken afbakbroodjes meegenomen. Goed, je raadt het al: het meeste is aanwezig hier in Hause Brigitte, behalve een oven. Dus moest ik er alsnog een keer extra op uit om brood te halen. Efficiënt hè

maandag 24 februari 2025

En daar ging ik weer...

Ik was er toch weer aan begonnen, aan social media. 


Facebook had ik eerder vaarwel gezegd. Ondanks de leuke contacten die het opleverde, ging er steeds meer tijd verloren aan het scrollen, liken, bekijken en verversen van nieuwe content. Tijd die ik wilde gebruiken voor andere en betere dingen. 
En ik werd er heel onrustig van. Ik zag teveel van andere mensen. En daar ben ik gevoelig voor. 

Leef ik offline, dan ben ik helemaal blij en tevreden met mijn leven. Maar zie ik teveel van anderen, dan word ik onrustig. Dan vraag ik me af of ik het wel goed doe. Of mijn leven wel 'leuk' genoeg is. Ik ben niet zo goed in het doorprikken van die lege social media ballon, waarin alles beter en leuker voorgesteld word dan het vaak is. 

Ik begon opnieuw te bloggen, want ik kon het niet laten. En daar ben ik elke dag blij mee. Ik vind het leuk om weer dingen te delen, van me af te schrijven, en daardoor me ook wat bewuster te zijn van het leven. 
Tja, en dan check ik ook regelmatig mijn blogcijfers. Hoeveel lezers zijn er, en hoe gaat het in vergelijking met voorgaande maanden? 
Om mijn blog enigszins te promoten begon ik met Instagram. Ja, die wilde ik echt voor mijn blog gebruiken. Noem het een soort van 'zakelijk' gebruik. 

Make that the cat wise. Ik ben weer lekker voor de bijl gegaan. Want daar is zo mogelijk nog meer te vinden dan op facebook. Meer foto's, meer filmpjes, meer 'stories', meer 'reeels'...
Ik ontdekte dat op werkelijk ALLE onderwerpen wel een Insta-profiel actief is, met duizend of meer volgers. Eenvoudiger leven, ziekte, mode, inrichting, kinderloosheid, vakantie, avontuurlijk leven, leven volgens de Bijbel, leven met een drieling, leven met psychische problemen...noem het maar op, werkelijk iedereen die maar iets 'speciaals' heeft in zijn leven, is bezig dit te delen op Insta en bezig met zijn volgers. Althans, dat gevoel kreeg ik.

Veroordeel ik dat? Welnee. Maar het zorgt wel voor een gek gevoel bij mij van binnen. Als ik rondneus op Insta, heb ik het gevoel dat ik niks speciaals heb. Voel ik me ergens te weinig. Wie ben ik? Want als ik denk dat ik iets wel goed kan, zie ik overal profielen om mij heen met mensen die daar nog eens 100x keer beter in zijn. Met tig keer meer volgers. Met veel mooiere projecten. 

Alles waar ik voor mezelf blij mee ben, valt in het niet bij alles wat veel mooier en beter is op Insta. 
En ondanks mijn goede voornemen er 'zakelijk' mee om te gaan, lukte het me niet. Ook niet terwijl ik me realiseerde dat ik bovenstaande gevoelens kreeg. Ik wilde minderen, maar elke keer zag ik bij mijn instellingen 'Digitaal Welzijn' dat Insta bovenaan mijn schermtijd stond. 

En toen kwam het zetje. Ik lees momenteel het boek 'A sociale media' van psycholoog Thijs Launspach. Hij legt uit hoe social media werkt, maar ook wat het werkelijke doel is van de bedrijven achter de social media. Hun enige doel is: jou zo lang mogelijk op hun platform houden. Hoe op hele slinkse wijze je elke keer filmpjes en foto's te zien krijgt die precies aansluit op je interesses. Hoe het beloningssysteem in je brein werkt met elke keer een klein mini shotje dopamine. Dat je dat niet elke keer krijgt, maar net vaak genoeg om weer je vinger opnieuw de content te laten vernieuwen. Om verder naar beneden te vegen. 
Hun businessmodel is onze tijd en aandacht. Meer hoeven ze niet. Als we maar zo lang mogelijk op hun platform blijven, meer is het niet. En daar verdienen ze hun geld mee. Veel geld. HEEL veel geld. 
En daar doen we allemaal aan mee. 

(Trouwens, wist je dat Facemash, de voorloper van Facebook, gebouwd werd zodat Mark en anderen de aantrekkelijkheid van hun vrouwelijke medestudenten konden beoordelen, zonder dat die dat wisten of er toestemming voor hadden gegeven? (De Correspondent, 16 januari 2025).
Dus niet het idealistische plaatje 'zo krijgen we meer contact met elkaar en gaan we liever en fijner met elkaar om'. Nee, seksistische keuring.)

Dus, conclusie 1: ik kijk rond op Instagram, zie veel leuke en inspirerende dingen, en tegelijk heb ik elke keer een nare bijsmaak. Naast mijn tijd die het kost en die ik op veel betere wijze kan gebruiken, geeft het platform me ook negatieve gevoelens. Over dat ik niet leuk genoeg ben, niet creatief genoeg, en origineel genoeg, dat ik maar wat aanklooi vergeleken met anderen. 

Conclusie 2: Ik ben onderdeel van het verdienmodel van Mark Zuckerberg. Ok, ik zet hem net een treetje lager dan die andere gevaarlijke man, Elon, maar ook Mark vind ik een heel eng mannetje met veel en veel te veel macht. Die daarnaast ook nog eens met alle winden meedraait. Want eerst moest er uitgebreid gefactcheckt worden. Maar na dreiging van Donald 'Dan gooi ik je in de gevangenis', werd in januari bekend dat hij daarmee weer wil stoppen. Want ja, bang voor Trump. 
Mark dus. Hij krijgt macht door mijn aanwezigheid op Insta, en daar verdient hij ook nog eens gruwelijk mee. Terwijl hij al zoveel geld heeft. 

Ik heb mijn account gedelete. Dat had nog wel wat voeten in aarde, want ik wijzigde mijn wachtwoord (ik wist 'm niet meer), en toen herkende hij mijn nieuwe wachtwoord niet. Alsof Mark me nog even wilde laten twijfelen: 'weet je het zeker? Dan verlaat je wel een groep. Je hebt nu net een leuk aantal volgers opgebouwd, en dan stop je er weer mee...wat zullen andere mensen ervan vinden?'
Maar ik zette door, en het lukte. Weg ermee. 

En ja, het zal me een aantal volgers kosten op mijn blog. En als ik mijn blogcijfers vergelijk met andere leuke en populaire blogs, dan ben ik maar een ienie minie blogger. Maar naast het deleten van mijn Instagramaccount, ga ik ook stoppen met het checken van mijn blogcijfers. Ik blog, omdat ik het leuk vind om te doen. Ik weet, dat er mensen zijn die er van genieten. Ik hoef me niet te meten met de beste. Ik mag in mijn eigen wereldje mijn ding doen, zonder grote aantallen en grootse daden en bekendheid. Sterker nog, in die setting kom ik het beste tot mijn recht.

zaterdag 22 februari 2025

Voorbereidingen voor de vakantie

We gaan binnenkort op vakantie. 


En voor deze huiskip was dat eerder altijd wel een dingetje. Ik ben tenslotte graag thuis, en het hoefde voor mij vaak niet zo, dat 'er even fijn helemaal uit zijn'. Ja, zo bracht iedereen het altijd. 'Oh meid, lekker er even helemaal uit, fijn geen verplichtingen, lekker relaxt.' 

Maar niemand vertelde erbij hoeveel gedoe op vakantie gaan ook kan zijn. Al het nadenkwerk over wát mee te nemen. En hóe neem je het mee? En hoevéél neem je mee? En wat gaan we doen met het eten? En hoe doen we dat met een kleine hummel erbij? En wanneer pak je je koffers? 
Maar het blijkt dat alles in het leven te leren valt. Ook op vakantie gaan. En die kleine is inmiddels veranderd van een hummel in een lummel. Scheelt ook.
En ik begin het ding 'vakantie' steeds meer onder de knie te krijgen. Waar ik eerder er soms tegenop zag als het zover was, kijk ik er nu steeds meer naar uit.

Hoe komt het dat ik er steeds meer ontspannen naartoe leef? Wel, het heeft in mijn geval alles te maken met routines en voorbereiding.
We zijn inmiddels nu dusdanig vaak op vakantie geweest, dat de voorbereiding wat meer structuur krijgt. Ik weet wat ik van tevoren moet doen, en wannéér ik het moet doen. En dat scheelt denkwerk. En dat is voor mij 80% van al het gedoe wat ik altijd aan vakantie vond: denkwerk. In een andere omgeving met alleen een koffer en een paar tassen gaat niks zoals het normaal gaat. 
En moet ik bij alles gaan nadenken, dáár word ik het allermoeste van. Hé, dat woord zal vast niet kloppen, maar ik vind 'm leuk. Allermoeste.

Wat is mijn ultieme wapen om dat denkwerk te verminderen? Lijstjes. Ik hartje lijstjes. Maakt niet uit waarvan, maar als ik een lijstje kan maken en het daardoor uit mijn hoofd verdwijnt: oh dat is pas ultieme ontspanning.
Ik werkte alle vakanties al wel met paklijsten. Voor mezelf, voor Xander, voor overige zaken. (Een paklijst voor Ronald, daar doe ik niet aan. Zijn zaken, bemoei ik me niet mee. Ik zorg dat de was bij is, en voor de rest mag hij over zijn eigen pruttel nadenken). Maar verder bleef het soms nog wel eens rommelig en erg vermoeiend, de laatste dagen en uren voor vertrek.

Nu ben ik grondiger begonnen. 
En omdat ik zo van lijstjes hou, krijgen jullie hierbij een lijstje van alle voorbereidingen die ik tref voor we gaan. Wat voor lijstjes ik allemaal maak. En wat wel en niet werkt bij ons. 

- De afgelopen winter- en zomervakantie had ik twee aparte paklijsten gemaakt. Een zomer- en wintervariant. En die had ik bewaard.
In de afgelopen weken heb ik deze in Word gezet, gecategoriseerd in Kleding, kleding buiten, persoonlijke verzorging, overig, en apparaten. Ja, tegenwoordig heb je die laatste categorie wel nodig. Tenminste, ík wel. Telefoon + lader. Horloge + lader. Camera + lader. Tablet + lader. Ereader + lader. Wacht, een aantal laders zijn hetzelfde, dus er kunnen er iets van 3 thuisblijven. Anders kom ik wel heel erg opgeladen thuis van vakantie. 
- Ik heb een eetlijst gemaakt. We gaan naar een huisje, dus aanschuiven zonder er iets voor te doen gaat 'm niet worden. Maar koken is niet echt mijn hobby, zeker niet op vakantie. Maar ook hierin geldt: we zijn nu dusdanig vaak op vakantie geweest dat ik inmiddels weet welke gerechten makkelijk en snel zijn. Dus weet ik al voor 6 van de 8 dagen wat we gaan eten. 
- Aan de hand van deze eetlijst heb ik ook 2 boodschappenlijstjes gemaakt. Eentje voor de boodschappen in Nederland die we meenemen, en eentje voor als we in Duitsland zijn. Een van de eerste dingen namelijk die we op locatie doen, is de boodschappen. Maar een nieuwe omgeving, een andere supermarkt, een onbekende indeling: het vergt veel denkwerk, zeker na een rit van 800 kilometer. Dus is het handig een lijstje te hebben wat ik exact nodig heb. 
- In tegenstelling tot eerdere vakanties heb ik al een soort van mini reisgids gemaakt. Het uitzoeken wat we allemaal gaan doen: het is leuk, maar het ter plekke op een klein telefoontje uitzoeken is ook best gedoe. Dus nu heb ik voor een heel aantal dagen al uitstapjes bedacht. Inclusief routebeschrijving, hoe lang het rijden is van het vakantiehuisje, met een overzicht van de eventuele tarieven, een plattegrond, en een website als er tickets besteld moeten worden. Het kostte me best wat werk, maar het is heel erg fijn dat we hierdoor op vakantie zelf onze schermtijd wat kunnen minimaliseren. En ook dan minder hoeven na te denken.
- Om de laatste dagen voor de vakantie een beetje georganiseerd door te komen, heb ik in de keuken een paar briefjes liggen met last minute dingen die ik bedenk en die nog gedaan moeten worden. Want al denk ik dat de paklijsten compleet zijn, altijd komt er toch nog wel weer wat bij, of schiet er nog wat in gedachten. 
- Inpakken doe ik altijd pas de dag dat we weggaan. Mijn ervaring is: ga je het een aantal dagen van tevoren doen, dan kun je de helft nog niet doen omdat je het nog nodig hebt of omdat het nog in de was zit. Dus zorg ik ervoor dat ik de laatste dagen goed de was bijhou, en op het laatst ga ik alles inpakken. Dan kan ik de paklijst erbij pakken, en zo in één keer alles inpakken, zonder dat ik moet gaan nadenken wat ik al wel en wat ik nog niet kan inpakken. 
- En dan heb ik nog een laatste lijstje: de 'dit-moet-ik-nog-op-het-allerlaatste-moment-doen'-lijstje. Alle kleine klusjes die in het laatste uur voor vertrek gedaan moeten worden. Zoals de rolluiken half dicht, stekkers uit de belangrijkste apparaten, boiler uit, koelkast en fruitschaal inspecteren en wat niet goed blijft wegdoen, en de vuilnisbakken legen. 

Tja, klinkt allemaal wel ongelooflijk georganiseerd hè. En toch, ik vind het zo prettig werken. Op deze manier knalt mijn hoofd niet uit elkaar, maar kan ook ik op mijn manier enigszins ontspannen op vakantie gaan. En rijden we eenmaal weg? Dan laat ik echt alles los. Want teruggaan voor vergeten dingen doen we niet, en alles wat dan nog 'mis' kan gaan, dat zien we dan wel weer als we terugkomen. 

Nog een paar dagen: Zuid-Duitsland, here we come!
En ja, tijdens onze vakantie ga ik jullie wat meer spammen middels vakantieblogjes. Jullie zijn gewaarschuwd...

dinsdag 18 februari 2025

Pas als je ergens afstand van neemt...

Pas als je ergens afstand van hebt genomen, kunnen dingen ineens hard binnenkomen. Je extra raken. Je tot besef doen komen hoe heftig iets was.

Afgelopen zaterdag hadden Ronald en ik ieder op onze eigen manier aandacht gevraagd voor Wereld Kinderkanker Dag. 
Een collega was naar aanleiding hiervan begonnen met het lezen van het blog van Xanders verhaal. Een blog die we zelf door en door kennen. Maar toch. Nu 3 jaar later kijken we af en toe door andere ogen naar deze periode. En realiseren we ons op een andere manier wat een bizarre periode dit was. Wat er allemaal op ons af kwam. 
Maar ook hoe we op dat moment ongelooflijk nuchter konden zijn, en ons thuis voelden in het Maxima. En hoeveel leuke dingen we ook hadden en deden! Want het was echt niet allemaal ellendig hoor. We voelden ons soms ook een soort van op vakantie in een luxe hotelkamer met 2 badkamers. Ok, met het eten kregen we er een kampeerervaring bij. Want elke dag eten in het restaurant werd te gek, dus deden we het met kant en klaarmaaltijden die we konden opwarmen in een magnetron in het hokje aan het einde van de gang.
De wasfaciliteiten (dan bedoel ik de kleding wassen) waren perfect, mits er niet een wachtrij van 3 mensen voor je was.
En verder hadden we toegang tot de meest luxe tijd-verdrijf-mogelijkheden. Nee, geen zwembad en wellness. Maar wel weer een sporthal en een muziekstudio. Op de gekste tijdstippen liepen we het hele ziekenhuis door, en het kon allemaal. En ja, we hebben ook vaak en veel lol gehad.

In een treintje door het Maxima

Vanmiddag lag ik in de stoel bij de tandarts. Op zich is dat voor mij niks spannends. Ik heb meestal geen gaatjes, en ik hoor standaard dat het er goed uit ziet.
Maar deze keer lag ik er ongelooflijk gespannen bij. En dat kwam door alle geluiden die ik in de ruimte naast me hoorde. 
Er was een jong kind die kennelijk een behandeling moest ondergaan. En die was bang, heel bang. Ik hoorde hoe de ouders hem probeerde te kalmeren. Hoe de tandarts steeds tot hem door probeerde te dringen: 'het doet geen pijn, het is alleen een naar gevoel'. Maar arme Mees werd niet rustiger. Hij was bang. Ongelooflijk bang.
Mijn tandarts grinnikte even: 'oef, die heeft er geen zin in...'.

Ik kon geen bijdehante opmerking terug maken. Ik lag verstijfd, omdat ik tot in mijn vezels voelde en herkende wat daar gebeurde. Ik, wij, hebben dit talloze keren meegemaakt met Xander. 
Je kind moet iets spannends doen. In een omgeving die er gek uitziet, en waar een rare geur hangt. Je probeert hem uit te leggen wat er gaat gebeuren. Je kind snapt bepaalde dingen wel, maar bepaalde dingen ook niet. Hij probeert tijd te rekken door vragen te stellen. Die probeer je te beantwoorden, maar je weet ook als ouder dat de arts (in dit geval de tandarts) dóór wil. Niet de hele middag de tijd heeft. 
Ja, je ziet dat je kind bang is. En wat zeg je als ouder? 'Je hoeft niet bang te zijn, het doet geen pijn, het is zo klaar!'
Vraag je me wat mij het meest pijn doet als ik terugdenk aan mijn eigen rol in dat behandelingsjaar? Dan is dat de zin 'je hoeft niet bang te zijn, het is zo klaar'. 
Zo'n logische zin. Maar ik verafschuw het, al die keren dat ik dát tegen Xander heb gezegd. Het is een leugen! Hij mocht wél bang zijn. Want het was eng. Doodeng. Zo vaak zo steriel, zo pijnlijk, zo onbekend, allemaal mensen die je niet kent, zo'n naar gevoel die koude chemo die inliep en je ook nog eens een smerig gevoel in je mond gaf, alle witte jassen, alle spuiten die in het zicht lagen, alle pleisters. Het was simpelweg doodeng.
Alle keren dat het megaspannend was, en ik dat zelf ook vond, heb ik hem gezegd dat hij vooral niet bang moest zijn. En dat het heel snel klaar was. Maar dat was vaak niet zo.

Verwijt ik het mezelf, dat ik Xander zo gerust probeerde te stellen? Nee, ik had geen keus. Maar terugkijkende zit daar bij mij wel een stuk pijn. Of misschien zelfs wel een beetje een trauma.
En dus is het niet gek dat dit scenario bij de tandarts me triggert.

Ik hoor in de ruimte naast me dat er toegewerkt wordt naar het moment van beginnen. Mees wordt niet rustiger. Ik hoor de ouder ongeduldiger worden. Oh, ik herken het zo! Want je vindt dat je wel genoeg geduld hebt gehad met je kind. Hij moet het nu maar gewoon doen, klaar.
Maar hij doet het niet. Hij gaat in verzet. En je wordt ook een beetje boos naar je kind. 'Nu is het klaar!' Nee, het is niet klaar, nu begint de ellende.
Ik wil niet ruilen met de kamer hiernaast. En tegelijk: misschien toch ook wel. Want op zo'n moment ging ik altijd in de praktische modus, en liet ik me niet meeslepen door datgene wat Xander moest doen. Ik was op de behandelkamer de rust en nuchterheid zelve. Als de verpleegkundigen het zelfs zielig vonden, bagatelliseerde ik het. 'Dit is normaal hoor, straks is het weer over'. En als de medisch pedagogisch medewerker het ook niet meer wist, nam ik het helemaal over, en dat voelden de MPZ-ers vaak goed aan. Ze trokken zich dan terug en wisten dat alleen wij Xander nog konden bereiken.
Was de behandeling eenmaal voorbij, dan was ik nog steeds de nuchtere moeder die met een lach en een vrolijk 'dank je wel weer!' richting de verpleegkundigen, wegliep.

Maar nu, liggend in de tandartsstoel de situatie naast me aanhorend? Ik heb buikpijn en voel me misselijk. En ik ben blij dat mijn tandarts opschiet met het tandsteen verwijderen. Want ik wil weg. Heel snel weg. Want dit van een afstand moeten aanhoren, dit raakt me zó diep...

Goed, dat zijn zo van die bespiegelingen op een zonnige dinsdagmiddag.

Trouwens, nog even een tip in het kader van ergens afstand van nemen: doe dit nou niet als je net een mok soep uit blik of zak in de magnetron zet. Althans, blijf niet té lang weg. Roer tussendoor af en toe. En denk niet: ik neem even afstand zodat ik op een andere manier kan zien wat er gebeurt.
Deed ik wel. En ja, het ging best goed. Tot ik een doffe plof hoorde. De soep was gaan borrelen. En met één grote 'borrel' zat mijn héle magnetron onder de soep. 
Ik dacht nog wel het zo makkelijk zonder pannetje af te kunnen. Scheelt weer afwas (we hebben overigens een vaatwasser). 
Nou, die tijd en moeite heb ik driedubbel terug moeten nemen om de magnetron weer enigszins schoon te krijgen.
Maar: met een dikke jas aan buiten in het zonnetje smaakte de hete soep daarna verrukkelijk! 

zaterdag 15 februari 2025

Wereld Kinderkanker Dag

Elk jaar op 15 februari is het Wereld Kinderkanker Dag. En nee, ik ben eigenlijk totaal niet van al die speciale dagen. Ok, secretaressedag, daar wilde ik in het verleden soms mijn werkgever nog wel eens subtiel op wijzen. Overigens zonder resultaat, ik kan me niet heugen ooit een bloemetje te hebben gehad. Het is me in ieder geval niet bij gebleven.
En eigenlijk interesseren me al die andere speciale dagen me ook niet. Zo is er morgen, 16 februari, de nationale amandeldag. 'De dag viert de voordelen en toepassingen van amandelen'. Dan gaat het trouwens niet over die dingen die in je keel zitten, maar over die nootjes.
17 februari, dan is er de 'Doe vriendelijk Dag'. 18 februari: 'Internationale Batterijen Dag'.
Vooruit, ik heb het allemaal via Google, dus 100% zeker weten doe ik het niet. Maar met al die bijzondere dagen zou het me niet verbazen als ze daadwerkelijk bestaan.

Maar Wereld Kinderkanker Dag, ja, die blijft iets langer en beter hangen. Op zo'n dag denken we toch een aantal momenten vaker aan de heftige periode die alweer bijna 3 jaar! geleden aanbrak. In een paar uur tijd hingen we op de kop in een achtbaan waar we nooit, maar dan ook nooit in ons leven zelf voor zouden hebben gekozen. (Wij zijn overigens sowieso niet van de achtbaan. Als we er naar kijken worden we al misselijk).
Maar er was totaal geen sprake van kiezen. Het kwam. Op zaterdag 26 februari 2022. Om 18.00 uur plaste Xander een afwijkende kleur urine. Om 23.00 uur wisten we dat hij een kneiter van een tumor in zijn nier had.
We moesten er dwars doorheen. Door alle onzekerheid, prognoses, angsten, behandelingen, slapeloze nachten, spuugsessies, chemo's, narcoses, sondevoeding, en alle andere ellende die het met zich meebracht. 


En we kwamen er alledrie goed doorheen. Xander zelfs wonderbaarlijk goed door alle behandelingen. En binnen het jaar was hij schoon verklaard. 
En dan denk je: we hebben het gehad. Deze ellende is voorbij, we pakken ons leven weer op.
Maar dat bleek veel ingewikkelder dan dat het klonk. Want hoe doe je dat? De wekelijkse ritme van chemo's waren ineens weg, en ik viel echt wel in een soort gat. Het ritme, de afspraken, de controle's, het gaf zoveel houvast. Het leven was voor een jaar uitgestippeld, en dat ritme was ineens weg. Ineens mocht je het 3 maanden zelf doen. Maar hoe deden we dat? 
En hoe krijg je weer vertrouwen? Wanneer ga je met een lichamelijke klacht naar de dokter, en wanneer niet? Wat is nog gevolg van de ziekte, en wat niet? Heeft hij een jaar stil gestaan, en zo ja, op welke terreinen dan?
Ja, ons kind is enerzijds precies hetzelfde als zijn leeftijdsgenootjes. En velen merken niet meer dat dit jaar er is geweest. En toch heeft het nog steeds zijn impact, op allerlei gebied.
Waar ik eerder boven de 40 graden koorts heel spannend vond, doet me dat nu niet veel meer. Maar blijft Xander dagenlang uiterst pijnlijk hoesten met gekneusde ribben tot gevolg, dan word ik onrustig. Want die longen, ook die zijn in principe schoon. Maar als de kanker terugkomt, dan is dát de plek waar het weer kan beginnen. En dat blijft altijd in mijn achterhoofd. 

En ja, de controles die steeds terugkeren, daar maken we ons enerzijds niet druk om. We slapen er de nacht van tevoren niet minder om.
En toch. Een week van tevoren beginnen bij mij in mijn hoofd wel de scenario's. Ok, stel het is terug, wat voor chemo zou hij dan krijgen? Hoe gaan we het doen met school? En regelmatig check ik dan in mijn hoofd hoe ik ook alweer de sondevoeding verwisselde en aansloot. Gewoon, voor het geval dat. En ja, ook komen dan bij mij de gedachten voorbij: áls het terug is, dan zijn zijn overlevingskansen beduidend minder.

Nee, er is geen enkele aanleiding om bang te zijn voor terugkeer. Tegelijk: zijn overlevingskans was 75%. Klinkt hoog. Maar wist je dat die van leukemie 90% is? In dat opzicht kun je beter leukemie hebben dan een Wilmstumor met uitzaaiingen in de longen. 

Wat helemaal nog onduidelijk is, is wat de kanker op mentaal gebied bij Xander heeft gedaan. Hij ontwikkelt zich en groeit. Maar er zijn ook aspecten waar we soms vragen over hebben. Is dit normaal? En is dit een gevolg van...?

We weten het niet. Voor nu zijn we dankbaar hoe goed het gaat met Xander. Hoe fantastisch hij zich ontwikkelt. Voor elke goede dag die we samen mogen hebben.

En vandaag, op Wereld KinderKankerdag, denken we nog een beetje extra aan alle patiëntjes die nu in behandeling zijn en/of opgenomen zijn in het Maxima. En aan alle ouders die in een ongelooflijke rollercoaster zitten, en niet weten hoe het morgen verder zal gaan.
En aan alle survivors (zo worden alle mensen genoemd die kinderkanker overleefd hebben), die zo moedig alle behandelingen hebben ondergaan om uiteindelijk beter te kunnen worden. 
Ja, ook Xander is een survivor. Wat een prachtige titel!

zaterdag 8 februari 2025

Alles in 1 week

Soms heb je maandenlang niks. En soms komt alles in 1 week bij elkaar.
Eerst werd Xander ziek. En dat kan gebeuren. Vervelend, extra werk te doen, planning omgooien, maar vooral voor hemzelf nog het meest vervelend.
Maar op diezelfde dag dat hij ziek werd, maakte Ronald een onvoorziene schuiver met de motor. En leek het eerst alleen een wat pijnlijke enkel waar hij wat moeizamer mee liep, na het uitdoen van de motorlaars werd het serieus. Binnen het uur een compleet dikke, blauwe voet waar niet op te staan was. Oef. En met krukken lopen lukte ook niet, want ook de pols en elleboog gingen mee doen. 


Toen waren er dus 2 mannen die geen kant op konden, en mocht ik serieus aan de bak. Maar hé, in goede en slechte tijden hè. Dus stroopten we de mouwen op, en we deden wat we konden.
Voor 3 dagen. Want toen was het met mij gedaan. 

Ik had namelijk al weken met verhoging en paracetamol rondgelopen. En op de dag dat Ronald weer naar het werk kon, en Xander wat leek op te knappen, besloot ik om te stoppen met alles te dempen. Stoppen met die paracetamol, en eens zien wat er zou gebeuren.
Nou, dat heb ik geweten. Na een halve dag belde ik Ronald op: 'ik lig op de bank, Xander moet eten hebben, maar ik heb geen idee hoe ik dat moet gaan doen...!'
Vier dagen tegen de 40 graden koorts aan, en ik was werkelijk tot niks meer in staat. Ik heb me in jaren niet zo ziek gevoeld. Het is me in 14 jaar huwelijk nog niet gebeurd dat ik zelfs geen benul meer had of er nu wel of niet een was gedraaid moest worden. Douchen, tanden poetsen, ook dat lukte me niet. Alleen 's avonds m'n medicatie nemen, dat vergat ik niet. Maar verder? Ik lag compleet onderop, en kon alleen maar huilen van ellende.
Ja, het klopt: ik ben ongelooflijk slecht in ziek zijn. Ik ben team 'hoopje ellende'. Er is niemand die dan zo zielig is als ik, en wee degene die het bagatelliseert. 
Maar ook dit ging voorbij. Eindelijk zakte de koorts, en na 5 dagen ziek zijn kon ik eindelijk weer douchen. Zittend op een krukje. In een uitermate langzaam bejaardentempo. En de rest van de dag lag ik weer voor pampus op de bank. Maar oh, wat is dat dan lekker!

Het bleek te heersen, de griep. Het was een nare variant, en het duurde lang voor je opgeknapt was. Ik kan het allemaal beamen. Want ik heb daarna nog dagen met benen van elastiek gelopen. En ja, ik ben toch echt al flink opgeknapt, doe mijn ding weer, maar ben er nog steeds niet. 
Maar alles beter dan 40 graden koorts, dus mij hoor je niet klagen! 

Xander is gelukkig ook weer opgeknapt. En Ronald? Die scharrelt steeds beter rond, maar heeft op een aantal plekken op zijn lijf een prachtig kleurenpallet zitten. Van blauw tot geel tot bijna zwart. En die zal met lopen nog wel een hele poos herinnert worden aan zijn schuiver.
Één voordeel: 'Mijn motorjas en broek ben ik nooit helemaal tevreden over geweest, maar die zijn nu kapot, dus kan ik nu gelijk goeie kleding kopen.'
Uh...ja. Klopt. Maar op zich had je dat ook op iets minder drastische wijze mogen doen hoor...