We gingen naar Schloss Neuschwanstein, bij het stadje Füssen. Het zou redelijk weer worden. Nou ja, al zou de voorspelling niet zo zijn, dan gingen we alsnog. Want we leren steeds meer: het weer in de bergen is altijd weer anders dan je denkt. En als je denkt dat je zon hebt, kan het 5 kilometer verderop weer totaal anders wezen! Dus vertrokken we iets na 10 uur met veel wolken, heel af en toe zon, en een graad of 2.
We reden weer via het hoger gelegen Oberdorf, en genoten van de bergen die er weer anders uitzagen dan gisteren. Het had vannacht heel licht gesneeuwd, en het leek alsof er een enorme bus poedersuiker een laag over de bomen had gestrooid vannacht. De lucht was inmiddels helemaal dichtgetrokken, en we kregen er nog een sneeuwbui overheen. En zo reden we even later gewoon in een winterwonderland!
Het duurde niet lang, een paar kilometer, en toen was de boel weer groen. Eigenlijk super mooi, die afwisseling.
Het was een klein uurtje rijden naar het Schloss. En zoals het een grote bezienswaardigheid betaamt, kwamen we terecht in een bonte mengeling van allerlei culturen, talen en smaken terecht. Want Schloss Neuschwanstein is heel erg toeristisch. Nu scheelt het dat we net tussen twee seizoenen in zitten. De winter loopt op z'n einde, het voorjaar is nog niet begonnen. En dat zorgt ervoor dat het overal redelijk rustig is. Maar ook met die rust spuwden er nog een aantal touringcarbussen een bult Aziaten, Spanjaarden en ander volk naar buiten bij het slot. Opletten dus dat we niet in een van deze groepen terecht kwamen! Niks mis met dat volk, maar begrijpen doe je ze niet.
We besloten eerst naar Neuschwanstein zelf te lopen. Een pittig stukje naar boven, en we hadden kunnen kiezen voor een idyllische paardenkoets. Maar onze benen doen het nog goed genoeg, en de koets bleek niet eens zo heel idyllisch te zijn. Ja, wel voor de paarden. De koets had namelink een hybride motortje, zodat die trekknollen niet zo hard hoefden te werken. Maar het is toch een beetje gek: zo'n oud vervoersmiddel, en als je er dan voorbij loopt, hoor je een elektrisch motortje zoemen. Alsof er een elektrische auto achter die beesten hangt.
Het was prachtig: de omgeving, de vergezichten, en natuurlijk het kasteel zelf.
We bekeken 'm niet van binnen. Van tevoren hadden we namelijk gezien dat je het slot alleen maar middels een rondleiding kon bezichtigen, die maar 25 minuten duurde. Met een tijdslot, was je 1 minuut te laat: pech gehad. En daar moest je dan ook nog relatief veel geld voor betalen.
Maar ook van buiten was het indrukwekkend, zeker het uitzicht vanaf de Mariënbrucke.
Via een andere, veel rustiger route, liepen we weer terug naar het beginpunt.
Tijd voor een broodje! Op een bankje bij de Alpsee genoten we van de relatieve rust en een aantal eenden die nog net niet het brood uit onze handen pikten. Was Xander eerst even bang, algauw kreeg hij er lol in, zeker toen een paar mannetjeseenden ruzie kregen met elkaar.
Ik kreeg nog even een 'oei-daar-gaat-wat-mis'-momentje. Vorig jaar, in München, zag ik een oude vrouw van een trap tuimelen. Dit keer zakte er een stuk achter ons een oudere man door zijn hoeven. Hij was aan de wandel, vrouwlief en nog iemand anders liepen al een stuk verder, hij had nog wel zijn Nordic Walking stokken bij zich, maar hij zakte ineens in elkaar, en kwam niet meer overeind.
Zijn vermoedelijk familielid liep gauw terug om hem overeind te helpen, maar dan is zo iemand ineens ongelooflijk zwaar. Dus ik liep er ook gauw op af om even te ondersteunen en te checken hoe het ging.
'Ja, het gaat wel hoor. Alleen mijn benen willen niet'. Nee, dat was te zien. En ondanks dat hij en zijn familie zich verzekerden dat het wel goed ging, liep ik weifelend weer weg. Ik zag de man, zwaar leunend op zijn vrouw, met zulke wankele stappen lopen....maar goed, ze haalden het bankje, rustten even, en daarna liep de man verder. Zwaar ondersteund, en nog net zo wankelend. Ik moest het maar loslaten, hij had mensen om zich heen. En ik heb hem later gelukkig niet opnieuw ter aarde nedergestort aangetroffen. Maar fijn was het niet om te zien.
Zo, gauw de laatste happen naar binnen, er was nog een kasteel te bekijken: Hohenschwangau. Dat ligt tegenover Neuschwanstein, ziet er totaal anders uit, maar is net zo indrukwekkend, mooi en prachtige uitzichten om te bewonderen. En een stuk minder ver lopen, ook wel fijn.
We sloten deze dag af met nog een klein bezoekje aan de stad Füssen, wat daar maar een paar minuten rijden vandaan is. Een oude stad met mooie gebouwen en leuke winkeltjes. We liepen de kerk nog even binnen waar net de organist aan het spelen was, en waren onder de indruk van alle tierenlantijntjes en schilderingen in de kerk. Ongelooflijk Katholiek, we hebben er enerzijds helemaal niks mee, en toch was het mooi om te zien.
Zo, en toen voelden we onze voeten!
We hadden tenslotte flink wat gelopen. Maar ondanks dat liep Xander zo makkelijk mee vandaag. Hij heeft praktisch niet gezeurd, en sommige stukken trok hij zelfs nog wel even een sprintje.
Ook Ronald hield het goed vol met zijn voet, na de val van de motor enkele weken geleden met de daarbij behorende gekneusde voet. We zeiden vandaag nog tegen elkaar: 'Precies op het juiste moment onderuit gegaan, goed getimed!' Net weer genoeg hersteld om een aantal wandelingen te maken op vakantie.
Maar na zoveel lopen is het dan ook weer lekker om moe en voldaan in de auto te stappen en naar 'huis' te gaan.