Xander verwoordt datgene wat ik voel en denk. Het is zaterdag, we zitten aan het ontbijt, en de maandag van de controles in het ziekenhuis komt snel dichterbij.
Er zaten dit keer 4 maanden tussen de laatste controle en deze. Nieuw ritme dus.
We hebben zoveel controles al gehad, maar ik heb er meer last van dan anders. Er lijkt een switch te zijn gekomen.
De wereld van het Maxima was altijd vertrouwd. Ja, het was spannend elke keer, maar ook leuk. Bekenden weer zien, en een soort van thuiskomen in een wereld voor een select gezelschap. Maar het is veranderd. Ik wil niet terug naar die wereld. Het voelt niet meer veilig. We zijn zo lekker aan het leven, en terug naar de kankerwereld voelt naar en bedreigend.
Ik spreek mijn gedachten naar Ronald uit. En ook nu weer: wat een verschil tussen ons. Ronald beleeft het zo anders. Het is voor hem een routineklusje. 'Het is toch wel goed, en ik heb alleen maandag zelf even misschien wat spanning. Het is voor mij hetzelfde als de allereerste controle.'
We hebben het er aan tafel even over, maar Xander geeft snel aan: 'ik wil het er niet over hebben'. Ok, zijn wens daarin is wet.
Ik vergis me nog even als ik aan Ronald vraag: 'weet jij hoe laat we maandag moeten beginnen?'. Ik hoor een boos gesnuif naast me, en Xander zakt onderuit op zijn stoel. 'Wat zei ik nou, ik wil niet dat jullie het er over hebben!'
Zelf de regie hebben wanneer er over gepraat wordt: dat is wat Xander wil.
Want een dag later wordt door hem uitgebreid voorbeschouwd hoe hij denkt dat hij dat nare bloedprikken moet aanpakken. En ook vanmorgen is dat het eerste waar hij over begint, terwijl hij zijn plasje keurig in de bak deponeert. Cadeautje voor het lab.
Hand stilhouden, een filmpje kijken met autocrashes (benieuwd wat de zuster denkt wat voor opvoeding we hem geven...), 'ik ga proberen niet te huilen hoor!', de andere kant opkijken: de theorieën kloppen allemaal.
Ik leg Xander uit dat hij gerust mag huilen. Het is ook niet leuk. Als hij maar wel zijn hand stil houdt.
'Mama, weet je waarom ik moet huilen? Omdat ik eraan denk als mijn handen opgewarmd moeten worden, dan moet ik wachten tot de prik, en dan denk ik eraan, en dan moet ik huilen.'
Ik snap het zo. Rotmoment. Je ziet alle spuitjes en prikken en verbandjes liggen, maar eerst moeten de handen opgewarmd zijn met de warmtepack, anders wil het bloed niet lopen.
'Nou mama, dan laat ik maar gewoon de tranen uit mijn ogen lopen hoor...'
Een uur voor vertrek verbaast hij me opnieuw. 'Mama, ik heb toch wel zin in het Maxima hoor. En morgen, dan ga ik aan juf Jitte vertellen wat ik allemaal in het ziekenhuis heb gedaan. Maar niet met de andere kindjes erbij, ik wil niet dat zij het erover hebben!'
'Mag ik dan vandaag wat meer foto's maken, zodat je met behulp van de foto's kan vertellen wat je in het ziekenhuis moet doen?' Het blijft even stil. Dan komt er een voorzichtig lachje. Ja, dat is een goed idee!
En als ik hem vertel dat ik een boek wil maken over zijn hele ziekte, zodat hij dat kan laten zien aan anderen, dan wordt zijn lach nog iets groter.
'Dan kan ik aan anderen laten zien over hoe ik onder narcose ging.'
Wow. Hij wil voorzichtig aan gaan terugblikken, en terug naar die momenten...! Mooi om die ontwikkeling te zien. (En voor mij schop onder m'n kont om dat boek nu daadwerkelijk samen te stellen....)
Mede door Xander raak ik ook over het dooie punt heen. Weg met de zorgen! De zon schijnt, we hebben goed geslapen, en we gaan er fijne en gezellige dag van maken.
En die fijne dag kwam er ook. Belangrijkste ingrediënten hiervoor was de goede uitslag die we kregen: het gaat goed met Xander. Megagoed. Geen enkele aanwijzing voor recidive.
'Elke keer als ik hem zie, zie ik hoe hij vooruit gaat, in hoe hij loopt, beweegt, de houding, de interactie met andere mensen...en dan al zo'n bruine kleur en zijn haar nog blonder door de zon. Jullie zien er trouwens alledrie stralend uit!' Aldus dr. Martine.
Die zelf trouwens het hele consult zit te stralen en te genieten hoe goed het met Xander gaat.
De onderzoeken liepen soepeltjes. Marjoleine, de doktersassistente, wilde nog even checken of we niks vergaten. Nee hoor, we snappen na zoveel keer wel wat er van ons verwacht wordt. 'Ja, het lab hebben we gehad, net als de metingen! Ja, de urine ook hoor, die hebben we om 6.30 al afgetapt'.
Niks te doen dus bij ons, het liep als een speer. Tussendoor hadden we zelfs nog een uur de tijd en gelegenheid om de zon op te zoeken in de beweegtuin, waar we ook Peter de fysiotherapeut nog even zagen.
Het bloedprikken was even eng en huilen, maar Xander deed ongelooflijk z'n best, en de tranen waren gauw over.
'Jongens, ik heb er niks meer aan toe te voegen, ik weet niet waar ik het nog over moet hebben. Alles ziet er zo goed uit. Dus lekker naar buiten jullie!', aldus een blije dr Martine aan het eind van haar consult.
Dus deden we dat. Met gierende banden, opgelucht gevoel, en de focus weer op ons normale leven.